Plan: | St. Annapark |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0984.BP17015-va01 |
In deze planregels wordt verstaan onder:
Het bestemmingsplan 'St. Annapark' van de gemeente Venray.
De geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0984.BP17015-va01 met de bijbehorende regels en bijlagen.
Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
Grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
Erf achter de met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied evenwijdig gelegen lijn, die het hoofdgebouw raakt:
Een woning die onderdeel uitmaakt van een blok van minimaal drie woningen waarvan de hoofdgebouwen aan elkaar gebouwd / verbonden zijn.
Bedrijven, die gericht zijn op het geheel of overwegend door middel van handwerk vervaardigen, bewerken of herstellen van goederen alsook - in verband hiermee en als nevenactiviteit van ondergeschikt belang – het verkopen en/of leveren van deze goederen.
Boven dan wel beneden of naast elkaar gesitueerde woningen in één gebouw.
De aan een gebied toegekende waarde in verband met de kennis en de studie van de in dat gebied voorkomende of te verwachten overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteit uit het verleden.
Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Een op de verbeelding of in de regels aangegeven percentage, dat de grootte aangeeft.
Het bieden van de mogelijkheid tot veelal kortdurend recreatief nachtverblijf en ontbijt, niet zijnde permanente bewoning, in een (deel van een) gebouw aan een persoon, gezin of andere groep van personen, die zijn/hun vaste woon- of verblijfplaats elders hebben.
Het beroepsmatig uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid, in tegenstelling tot het beroep aan huis, gericht op consumentenverzorging geheel of gedeeltelijk door middel van handwerk en waarbij de omvang van de activiteiten zodanig is dat als deze in een woning en bijgebouwen wordt uitgeoefend de woonfunctie in overwegende mate wordt gehandhaafd.
Waardering en herkenning van alle visuele waarnemingen vanaf een bepaalde locatie.
Geformuleerde en toetsbare beeldkwaliteiten opgenomen in een als zodanig door de raad vastgesteld beeldkwaliteitplan als onderdeel onlosmakelijk verbonden met dit bestemmingsplan.
De natuurlijke oppervlakte van het terrein, zonder enige kunstmatige verhoging c.q. verlaging, alsmede dat gedeelte van een gebouw dat met die oppervlakte gelijk is. Is er sprake van hoogteverschillen in het terrein, dan geldt: de hoogte van het hoogst gelegen aangrenzend maaiveld.
De uitoefening van een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten aan huis op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied dat door zijn beperkte omvang in een woning en bijgebouwen met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend; hieronder dient niet te worden begrepen de uitoefening van prostitutie.
De grens van een bestemmingsvlak.
Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
Een bijgebouw als bedoeld in de Wabo.
Een aangebouwd of vrijstaand gebouw of ander bouwwerk met een dak dat door de vorm onderscheiden kan worden van het op hetzelfde perceel gelegen hoofdgebouw, die in architectonisch opzicht ondergeschikt zijn en functioneel dienstbaar aan dit hoofdgebouw. Een bijgebouw is een bijbehorend bouwwerk als bedoeld in de Wabo.
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
De grens van een bouwvlak.
Een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond.
Een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
De grens van een bouwperceel.
Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
Een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
De totale oppervlakte van de ruimte(n) van een op vloerniveau gemeten ruimte, langs de buitenomtrek van de (buitenste) opgaande scheidingsmuren en/of het hart van de gemeenschappelijke scheidingsconstructie, die de desbetreffende ruimte(n) omhullen over alle bouwlagen van een gebouw.
Faciliteiten gericht op het houden van congressen, conferenties, symposia en andere grote bijeenkomsten alsmede (bedrijfsmatige)vergaderingen.
Vrijetijdsbesteding door middel van diensten, voorzieningen en/ of activiteit(en) met een creatieve, culturele, sportieve, educatieve, sociale en/of sociaal-culturele inslag, waarbij kan worden gedacht aan: een atelier, creativiteitscentrum, museum, muziekschool, theater, speeltuin, sauna.
De waarden die aan een gebied of object worden toegekend in verband met het voorkomen van archeologische waarden, bouwkundige waarden of historische landschapswaarden al dan niet in onderlinge samenhang of beïnvloeding. Er is dan sprake van een driedeling:
Activiteiten ter ontspanning in de vorm van sport, spel, toerisme en educatie, waarbij overnachting uitdrukkelijk is uitgesloten.
Extensieve vormen van dagrecreatie die in de open lucht plaatsvinden in gebieden waar de hoofdfunctie een andere is; hieronder worden in ieder geval verstaan: wandelen en fietsen.
Het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
Het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
Een gedeelte van het perceel, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, waarbij geldt:
achtererf: Erf achter de met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied evenwijdig gelegen lijn, die het hoofdgebouw raakt:
voorerf: Erf dat geen onderdeel is van het achtererf.
zijerf: Het gedeelte van het erf dat zich bevindt aan de zijkant van het hoofdgebouw, startend bij de voorkant en eindigend bij de achterkant van het hoofdgebouw. Het zijerf maakt onderdeel uit van het voorerf wanneer het grenst aan openbaar gebied, als dit niet zo is dan maakt het onderdeel uit van het achtererf vanaf 1 meter achter de voorgevelrooilijn.
Een voor publiek openbaar toegankelijke verrichting van vermaak in de open lucht, dan wel in al dan niet tijdelijke tenten of paviljoens, gericht op het bereiken van publiek voor sociale, informerende, educatieve, culturele, levensbeschouwelijke doeleinden en/of doeleinden voor vermaak. Onder toegestane evenementen wordt verstaan: kermissen, herdenkingsplechtigheden, feesten, muziekvoorstellingen, wedstrijden op of aan de weg, braderieën of markten, optochten en daarmee naar aard en omvang gelijk te stellen evenementen.
Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
Een woning, waarvan het hoofdgebouw door middel van een bijgebouw verbonden is aan een ander (hoofd)gebouw van een andere woning.
Een woning in een gebouw dat twee of meer geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen bevat.
Buitenmuur van een gebouw, waarbij geldt:
Een gebouw, dat een vrijstaande woning of twee-aangebouwde, geschakelde of aaneengebouwde, uitsluitend naast elkaar en niet boven elkaar gelegen, woningen omvat, en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid kan worden beschouwd.
Een bouwwerk met als functie erf-, perceels-, of terreinafscheiding.
Een of meerdere panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
Het bedrijfsmatig verstrekken van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken, het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie en/of het bedrijfsmatig verstrekken van nachtverblijf.
Een inrichting gericht op het bedrijfsmatig verstrekken van logies en bijbehorende voorzieningen, waaronder begrepen het bedrijfsmatig ter plaatse nuttigen van voedsel en dranken alsmede het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie voor congres- en vergaderdoeleinden, feesten en partijen.
Begroeiing die geheel of gedeeltelijk bestaat uit houtachtige overblijvende gewassen zoals struiken en/of bomen.
Een alleenstaande, dan wel twee of meer personen die een duurzame gemeenschappelijke huishouding voeren of willen voeren.
Het bedrijfsmatig verlenen van diensten waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
Een tent, een tentwagen, een kampeerauto, caravans of stacaravans, vouwwagens en campers;
Enig ander onderkomen of enig ander voertuig, gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde, waarvoor ingevolge artikel 2.1 lid 1a van de Wabo een omgevingsvergunning voor het bouwen vereist is, een en ander voor zover genoemde onderkomens of voertuigen geheel of gedeeltelijk blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf.
Het gedeelte van een dak tussen goot- en bouwhoogte m.u.v. gevelbekleding.
Bouwwerken die als een onderdeel van het cultureel erfgoed kunnen worden beschouwd op grond van hun cultuurhistorische waarde, architectonische– en/of kunsthistorische waarde, situationele- en/of ensemblewaarde, herkenbaarheid in de omgeving, gaafheid of zeldzaamheid.
Het voorzien in dagopvang en buitenschoolse opvang van kinderen.
Een bouwwerk dat uitsluitend is bedoeld als artistieke kunstuiting.
Een bouwwerk, geen gebouw zijnde, bedoeld voor civieltechnische en/of infrastructurele doeleinden, zoals een brug, een dam, een duiker, een tunnel, een via- of aquaduct of een sluis dan wel een daarmee gelijk te stellen voorziening.
De aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door de waarneembare verschijningsvorm van dat gebied.
Bovenkant van het terrein dat een gebouw/bouwwerk omgeeft.
Het verlenen van diensten door organisaties op het gebied van openbaar bestuur respectievelijk het verlenen van diensten door religieuze en andere levensbeschouwelijke organisaties, gezondheids-, welzijns- en veterinaire diensten, zorginstellingen, verenigingen alsmede sociale organisaties, onderwijs en kinderopvang.
Onder maatschappelijke dienstverlening worden niet verstaan een asielzoekerscentrum, begraafplaats, drugsopvang of justitiële inrichting.
Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge een maatvoeringssymbool in het betreffende vlak bepaalde afmetingen, percentages, oppervlakten, hellingshoeken en/of aantallen, zowel ten aanzien van het bouwen als ten aanzien van het gebruik, zijn toegelaten.
Alle bouwwerken conform artikel 1 onder d Monumentenwet 1988.
De aan een gebied toegekende waarde gekenmerkt door geologische, geomorfologische, bodemkundige en biologische elementen, zowel afzonderlijk als in onderlinge samenhang.
Omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 of 2.2 Wabo.
Activiteit die afwijkt van de hoofdfunctie, maar die hieraan niet gelijkwaardig is vanwege:
Onderdelen van een hoofdgebouw die in architectonisch opzicht ondergeschikt zijn aan het hoofdgebouw en bijgebouwen, zoals erkers, ingangpartijen, luifels, schoorstenen en antennes.
Detailhandel-activiteit die als ondergeschikte activiteit past bij de hoofdfunctie, ter ondersteuning van de hoofdfunctie wordt uitgeoefend en niet zelfstandig toegankelijk is.
Het als ondergeschikte activiteit beperkt verstrekken van dranken en etenswaren voor gebruik ter plaatse in direct verband met andere ter plaatse toegestane hoofdactiviteiten, niet zijnde horeca.
Beneden het peil.
Voor verblijf geschikte, al dan niet aan hun bestemming onttrokken voer- en vaartuigen, waaronder begrepen woonwagens, woonschepen, caravans, stacaravans, kampeerauto's, alsook tenten, schuilhutten en keten, al dan niet ingericht ten behoeve van een recreatief buitenverblijf, voor zover deze niet als bouwwerken zijn aan te merken.
Weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, alsmede pleinen, parken, plantsoenen, openbaar water en ander openbaar gebied dat voor publiek algemeen toegankelijk is, met uitzondering van wegen uitsluitend bedoeld voor de ontsluiting van percelen door langzaam verkeer.
Een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct duurzaam met de aarde is verbonden.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde met een dak, dat niet of slechts aan één zijde is voorzien van een (bestaande) wand.
Een woning die wordt gekenmerkt doordat de buitenruimte (meestal in de vorm van een tuin) grotendeels is ingesloten door de bouwmassa van de betreffende woning, aangrenzende woning(en) en/of bijbehorende bouwwerken en/of muren.
Een horizontaal of nagenoeg horizontaal vlak met een dakhelling van maximaal 5º ter afdekking van een gebouw.
Het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding. Raamprostitutie is hieronder mede begrepen.
Activiteiten en mogelijkheden voor ontspanning c.q. vrijetijdsbesteding.
Een gebouw of een gedeelte van een gebouw ten behoeve van recreatief nachtverblijf, niet zijnde permanente bewoning en dat gedurende het hele jaar gebruikt wordt voor recreatieve doeleinden door wisselende personen.
Een horecagelegenheid waar door een kok bereide gerechten worden geserveerd. Onder een restaurant wordt niet verstaan het bedrijfsmatig exploiteren van een zaalaccommodatie voor feesten en partijen (in verband met hinder voor omwonenden).
Een voor het publiek toegankelijk gebouw of gedeelte van een gebouw, waarin handelingen, vertoningen en/of voorstellingen van erotische en/of pornografische aard plaatsvinden. Hieronder wordt mede begrepen een sekswinkel, zijnde een gebouw of een gedeelte van een gebouw, dat is bestemd en/of wordt gebruikt voor het bedrijfsmatig te koop en/of te huur aanbieden, waaronder mede begrepen uitstalling, verhuren en/of leveren van seksartikelen. Een prostitutiebedrijf en bordeel zijn hieronder mede begrepen. Seks- en/of pornobedrijf is een aparte functie en valt op geen enkele wijze onder enig andere functie c.q. doeleinden c.q. bestemming zoals bedoeld dan wel omschreven in dit bestemmingsplan. Hieronder wordt mede verstaan prostitutie en raamprostitutie.
Het afbreken of verwijderen van bouwwerken of onderdelen van bouwwerken.
Het beeld dat wordt bepaald door de bouwmassa's, de gevelindelingen, en de dakvormen van de bebouwing, alsmede de situering en de verschijningsvormen in zijn omgeving.
Een plek behorende bij een horecagelegenheid waar men buiten kan zitten.
Een woning die onderdeel uitmaakt van een blok van twee woningen die met het hoofdgebouw aan elkaar zijn gebouwd.
De plankaart van het plan.
Een gebouw of een gedeelte van een gebouw dat niet voor permanente bewoning bestemd is en dat gedurende het hele jaar gebruikt wordt als verblijfsrecreatie met een bed&breakfast functie door wisselende (groepen) personen.
Recreatie waarbij één of meerdere overnachtingen plaatsvinden. Hierbij wordt onder recreatieverblijf verstaan een bouwwerk dat bedoeld is om uitsluitend recreatief door een huishouden of daarmee gelijk te stellen groep van personen, dat het hoofdverblijf elders heeft, gedurende een gedeelte van het jaar te worden gebruikt, zoals een recreatiewoning, chalet, stacaravan of hiermee gelijk te stellen onderkomen; onder recreatief verblijf wordt niet verstaan het verblijf noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden of arbeid.
De naar de weg of openbaar toegankelijk gebied toegekeerde representatieve gevel van een hoofdgebouw gelegen in het voorerfgebied.
De denkbeeldige lijn die strak loopt langs de naar de weg gekeerde voorgevel van een hoofdgebouw.
De gevel waarlangs de voorgevelrooilijn loopt.
Een voorziening ten behoeve van de distributie van gas, water en elektriciteit, en de telecommunicatie alsmede soortgelijke voorzieningen van openbaar nut, waaronder in ieder geval worden begrepen ondergrondse afvalvoorzieningen, bovengrondse afvalvoorzieningen, transformatorhuisjes, pompstations, gemalen, telefooncellen en zendmasten, plus voorzieningen voor warmte- en koudeopslag of voorzieningen van soortgelijke aard met bijbehorende bouwwerken geen gebouwen zijnde.
Woning waarvan het hoofdgebouw via een bijgebouw verbonden is met het volgende hoofdgebouw en waarvan het hoofdgebouw op de perceelsgrens is gebouwd.
Een woning zonder gemeenschappelijke wand met een andere woning.
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
Boven- en ondergrondse voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging, infiltratie en waterkwaliteit.
Een voor het openbaar verkeer bestemde weg of pad, daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot de weg of pad behorende bermen en zijkanten, alsmede de aan de weg liggende en als zodanig aangeduide parkeervoorzieningen.
Het aanbieden van diensten en behandelingen met het oogmerk het persoonlijke welbevinden van de klant te bevorderen; dit gebeurt middels behandelingen en activiteiten gericht op ontspanning, lichamelijke gesteldheid/ fitheid of uiterlijke verfraaiing (tijdelijk of permanent); uitgesloten is seksuele dienstverlening.
Een (gedeelte van een) gebouw dat dient voor de huisvesting van één huishouden.
Het bouwkundig en functioneel splitsen van een bestaande woning in twee of meer wooneenheden ten behoeve van de vestiging van meer dan één huishouden.
Het bedrijfsmatig verlenen van economische of commerciële diensten aan derden.
Erf gesitueerd ter weerszijde(n) van de zijgevel van het hoofdgebouw, bepaald door de denkbeeldig doorgetrokken zijgevel(lijn) tot de voorste en achterste perceelgrens .
Een gevel van een (hoofd)gebouw, niet zijnde een voor- of achtergevel.
Een vorm van maatschappelijk dienstverlening, specifiek gericht op de zorgfunctie, ten dienste van bewoners van zorgwoningen, al dan niet gefaciliteerd in hetzelfde gebouw waarin de zorgwoningen zijn ondergebracht.
Wonen door mensen die vanwege hun leeftijd, gezondheid of beperkingen aangewezen zijn op enige zorg en/of ondersteuning, ongeacht of deze door een professional, vrijwilliger of mantelzorger wordt verstrekt.
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
Tussen de zijdelingse grenzen van een bouwperceel en enig punt van het op dat bouwperceel voorkomend (hoofd-)gebouw, waar die afstand het kortst is.
Het percentage van een bouwperceel dat met gebouwen mag worden bebouwd. Voor zover op de kaart bouwgrenzen zijn aangegeven wordt het bebouwingspercentage berekend over het gebied binnen de bouwgrenzen.
Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
Langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
Vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
De buitenwerks tussen de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidingsmuren gemeten grootste afstand.
vanaf peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend.
Tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, gevel- en kroonlijsten en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, tot een maximum van 1.50 meter.
De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede tevens voor:
met de daarbij behorende:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de op de verbeelding aangewezen dubbelbestemmingen als bedoeld in de artikelen 11 tot en met 14, en aanduidingen als bedoeld in artikel 18, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 22.2.
Op of in de voor 'Bos' aangewezen gronden mag niet worden gebouwd, met uitzondering van:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 3.2 voor:
met dien verstande, dat geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de natuurlijke, cultuurhistorische, visueel-landschappelijke en abiotische waarden.
Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de gronden voor:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de navolgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te (doen) voeren of te laten voeren:
Het in artikel 3.5.1 van de planregels vervatte verbod is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die het normale onderhoud en/of de normale exploitatie betreffen.
Een in artikel 3.5.1 van de planregels genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien door de werken en/of werkzaamheden dan wel door de daarvan (direct of indirect) te verwachten gevolgen de natuurwaarden van deze gronden, zoals omschreven in de bestemmingsomschrijving van onderhavige bestemming, niet onevenredig (kunnen) worden geschaad, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig (kunnen) worden verkleind.
De voor 'Gemengd - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede tevens voor:
met de daarbij behorende:
met dien verstande dat:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de op de verbeelding aangewezen dubbelbestemmingen als bedoeld in de artikelen 11 tot en met 14, en aanduidingen als bedoeld in artikel 18, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 22.2.
Voor het bouwen van hoofdgebouwen, niet zijnde grondgebonden woningen, gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bijgebouwen bij hoofdgebouwen (niet zijnde grondgebonden woningen) gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen bij grondgebonden woningen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bijgebouwen bij een hoofgebouw van een grondgebonden vrijstaande woning, gelden de volgende bepalingen:
In afwijking van het bepaalde in artikel 4.2.5 mogen worden gebouwd:
Voor het bouwen van gebouwen, niet zijnde hoofdgebouwen als bedoeld in artikel 4.2.2 en artikel 4.2.4 en bijgebouwen als bedoeld in artikel 4.2.3 en artikel 4.2.5 gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing bij nieuw- of verbouw, ten behoeve van:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 4.2.3, onder b voor het vergroten van de oppervlakte aan gebouwen tot met een maximum van 100 m².
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 4.2.2 voor de realisatie van bouwkundige verbindingen tussen gebouwen, al dan niet met een onderdoorgang, met dien verstande dat:
Voor de verschillende gebruiksfuncties binnen de bestemming 'Gemengd - 1' gelden de volgende regels:
Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
Een beroep aan huis is toegestaan onder de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 4.5.1, onder b voor extra verblijfsaccommodatie (brutovloeroppervlak en kamereenheden) op het St. Annapark, onder de voorwaarden dat:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 4.1.1, onder m, sub 8 juncto artikel 18.3, onder e voor het toestaan van meer m2 brutovloeroppervlak kantoor op het St. Annapark, onder de voorwaarden dat:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 4.5.2, onder c ten behoeve van een bedrijf aan huis, met dien verstande dat de voorwaarden zoals genoemd in artikel 4.5.3, onder a tot en met g in acht worden genomen.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door de functieaanduiding 'weg - uitgesloten' te verwijderen. Alvorens te besluiten winnen burgemeester en wethouders schriftelijk deskundigenadvies in omtrent:
De voor ‘Gemengd - 2’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede tevens voor:
met de daarbij behorende:
met dien verstande dat:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de op de verbeelding aangewezen dubbelbestemmingen als bedoeld in de artikelen 11 tot en met 14, en aanduidingen als bedoeld in artikel 18, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 22.2.
Voor het bouwen op en in de voor ‘Gemengd - 2’ aangewezen gronden gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen, niet zijnde grondgebonden woningen, met bijbehorende bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van een hoofdgebouw bij een vrijstaande woning, vrijstaand geschakelde woning, twee-aaneengebouwde woning en patiowoning St. Annapark, gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende (aanvullende) bepalingen:
In afwijking van het bepaalde in artikel 5.2.4 mogen worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing bij nieuw- of verbouw, ten behoeve van:
Voor de verschillende gebruiksfuncties binnen de bestemming 'Gemengd - 2' is het bepaalde in artikel 18.3 tevens van toepassing.
Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
Een beroep aan huis is toegestaan onder de volgende voorwaarden:
Het is verboden op of in de voor ‘Gemengd - 2’ aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 5.6.1, gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en van werkzaamheden:
De omgevingsvergunning wordt alleen verleend voor werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.6.1, onder a tot en met c indien door de werken of werkzaamheden dan wel door daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen:
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede tevens voor:
met de daarbij behorende:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de op de verbeelding aangewezen dubbelbestemmingen als bedoeld in de artikelen 11 tot en met 14, en aanduidingen als bedoeld in artikel 18, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 22.2.
Op of in de voor 'Groen' aangewezen gronden zijn uitsluitend toegestaan terreinafscheidingen met een open constructie met een bouwhoogte van maximaal 3 meter.
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de situering en afmeting van de ontsluiting op de Overloonseweg als bedoeld in artikel 6.1.1, onder c en d in verband met een duurzaam behoud van de aanwezige laanbeplanting met bomen aan de Overloonseweg.
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de op de verbeelding aangewezen dubbelbestemmingen als bedoeld in de artikelen 11 tot en met 14, en aanduidingen als bedoeld in artikel 18, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 22.2.
Op de voor 'Verkeer' aangewezen gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd, met uitzondering van gebouwen ten behoeve van voorzieningen van openbaar nut met een oppervlakte van maximaal 15 m² en een bouwhoogte van maximaal 3 meter.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
De voor 'Woongebied - Boswonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
met dien verstande dat:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de op de verbeelding aangewezen dubbelbestemmingen als bedoeld in de artikelen 11 tot en met 14, en aanduidingen als bedoeld in artikel 18, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 22.2.
Voor het bouwen op en in de voor 'Woongebied - Boswonen' aangewezen gronden gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van een hoofdgebouw gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende (aanvullende) bepalingen:
In afwijking van het bepaalde in artikel 8.2.3, onder b mogen worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing bij nieuw- of verbouw, ten behoeve van:
Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
Een beroep aan huis is toegestaan onder de volgende voorwaarden:
Het is verboden op of in de voor 'Woongebied - Boswonen' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 8.6.1 gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en van werkzaamheden:
De omgevingsvergunning wordt alleen verleend voor werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 8.6.1, onder a tot en met c indien door de werken of werkzaamheden dan wel door daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen:
De voor 'Woongebied - Duincluster' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede tevens voor:
met de bij de bestemming behorende:
met dien verstande dat:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de op de verbeelding aangewezen dubbelbestemmingen als bedoeld in de artikelen 11 tot en met 14, en aanduidingen als bedoeld in artikel 18, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 22.2.
Voor het bouwen op en in de voor 'Woongebied - Duincluster' aangewezen gronden gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van een hoofdgebouw bij een grondgebonden vrijstaande woning gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van een hoofdgebouw bij een vrijstaand geschakelde woning, twee-aaneengebouwde woning, aaneengebouwde woning en patiowoning St. Annapark, gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van gestapelde woningen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende (aanvullende) bepalingen:
In afwijking van het bepaalde in artikel 9.2.5, onder c mogen worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing bij nieuw- of verbouw, ten behoeve van:
Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
Een beroep aan huis is toegestaan onder de volgende voorwaarden:
Het is verboden op of in de voor 'Woongebied - Duincluster' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 9.6.1 gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en van werkzaamheden:
De omgevingsvergunning wordt alleen verleend voor werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 9.6.1, onder a tot en met c indien door de werken of werkzaamheden dan wel door daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen:
De voor 'Woongebied - Veldcluster' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de bij de bestemming behorende:
met dien verstande dat:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de op de verbeelding aangewezen dubbelbestemmingen als bedoeld in de artikelen 11 tot en met 14, en aanduidingen als bedoeld in artikel 18, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 22.2.
Voor het bouwen op en in de voor 'Woongebied - Veldcluster' aangewezen gronden gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van een hoofdgebouw bij een vrijstaande woning, vrijstaand geschakelde woning, twee-aaneengebouwde woning en patiowoning St. Annapark, gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende (aanvullende) bepalingen:
In afwijking van het bepaalde in artikel 10.2.3, onder b mogen worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing bij nieuw- of verbouw, ten behoeve van:
Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
Een beroep aan huis is toegestaan onder de volgende voorwaarden:
Bevoegd gezag kan middels een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 10.5.1, onder e voor de uitoefening van een bedrijf aan huis, met dien verstande dat de voorwaarden zoals genoemd in artikel , onder a tot en met g in acht worden genomen.
Het is verboden op of in de voor 'Woongebied - Veldcluster' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 10.6.1 gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en van werkzaamheden:
De omgevingsvergunning wordt alleen verleend voor werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 10.6.1, onder a tot en met c indien door de werken of werkzaamheden dan wel door daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen:
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende (basis)bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van de archeologische waarden in het gebied, waarbij artikel 22.2 in acht dient te worden genomen.
Voor het bouwen op en in de als 'Waarde - Archeologie 2' aangeduide gronden gelden de volgende regels:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde en/of werkzaamheden uit te voeren die de archeologische waarden verstoren, indien bij het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de verstoring van gronden meer dan 250 m² per bouwperceel bedraagt en deze verstoring dieper gaat dan 50 centimeter:
Het in artikel 11.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
Een in artikel 11.3.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien door de werken en/of werkzaamheden of door de daarvan (direct of indirect) te verwachten gevolgen de archeologische waarden van deze gronden, zoals omschreven in de bestemmingsomschrijving van onderhavige bestemming, niet onevenredig (kunnen) worden geschaad.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen en de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2' geheel of gedeeltelijk van de verbeelding te verwijderen, als op basis van archeologisch onderzoek, dat voldoet aan de normen van de archeologische beroepsgroep, geen archeologische waarden zijn vastgesteld.
De voor 'Waarde - Archeologie 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende (basis)bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van de archeologische waarden in het gebied, waarbij artikel 22.2 in acht dient te worden genomen.
Voor het bouwen op en in de als 'Waarde - Archeologie 4' aangeduide gronden gelden de volgende regels:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde en/of werkzaamheden uit te voeren die de archeologische waarden verstoren, indien bij het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de verstoring van gronden meer dan 500 m² per bouwperceel bedraagt en deze verstoring dieper gaat dan 50 centimeter:
Het in artikel 12.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
Een in artikel 12.3.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien door de werken en/of werkzaamheden of door de daarvan (direct of indirect) te verwachten gevolgen de archeologische waarden van deze gronden, zoals omschreven in de bestemmingsomschrijving van onderhavige bestemming, niet onevenredig (kunnen) worden geschaad.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen en de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 4' geheel of gedeeltelijk van de verbeelding te verwijderen, als op basis van archeologisch onderzoek, dat voldoet aan de normen van de archeologische beroepsgroep, geen archeologische waarden zijn vastgesteld.
De voor 'Waarde - Archeologie 5' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende (basis)bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van de archeologische waarden in het gebied, waarbij artikel 22.2 in acht dient te worden genomen.
Voor het bouwen op en in de als 'Waarde - Archeologie 5' aangeduide gronden gelden de volgende regels:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde en/of werkzaamheden uit te voeren die de archeologische waarden verstoren, indien bij het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de verstoring van gronden meer dan 2.500 m² per bouwperceel bedraagt en deze verstoring dieper gaat dan 50 centimeter:
Het in artikel 13.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
Een in artikel 13.3.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien door de werken en/of werkzaamheden of door de daarvan (direct of indirect) te verwachten gevolgen de archeologische waarden van deze gronden, zoals omschreven in de bestemmingsomschrijving van onderhavige bestemming, niet onevenredig (kunnen) worden geschaad.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen en de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 5' geheel of gedeeltelijk van de verbeelding te verwijderen, als op basis van archeologisch onderzoek, dat voldoet aan de normen van de archeologische beroepsgroep, geen archeologische waarden zijn vastgesteld.
De voor 'Waarde - Boom' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud, het herstel en de ontwikkeling van monumentale en waardevolle bomen die beiden vermeld staan op de gemeentelijke bomenlijst, waarbij artikel 22.2 in acht dient te worden genomen.
Op de gronden met de dubbelbestemming 'Waarde - Boom' mag niet worden gebouwd.
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 14.2 voor gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemmingen, mits is aangetoond dat dit het behoud van de boom niet in gevaar brengt en de stedenbouwkundige of landschappelijke waarde van de boom niet aantast. Dit dient te worden aangetoond door middel van een bomen effect analyse.
Ten aanzien van het bepaalde in artikel 14.2 zijn Burgemeester en wethouders bevoegd met het oog op het behoud van de monumentale of waardevolle boom nadere eisen te stellen aan de plek en de hoogte van bebouwing binnen een zone van 5 meter van de dubbelbestemming 'Waarde - Boom'.
Voor het stellen van de nadere eisen kan ter zake van een ingediende aanvraag omgevingsvergunning een bomen effect analyse worden geëist.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde en/of werkzaamheden uit te voeren, zulks ongeacht het bepaalde in de regels bij de andere op deze gronden van toepassing zijnde bestemmingen:
Het in artikel 14.5.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
Een in artikel 14.5.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien de (monumentale) waarde van de boom niet langer aanwezig is en deze niet zonder ingrijpende maatregelen aan de boom kan worden hersteld, of de (monumentale) waarde in redelijkheid niet meer is te handhaven conform de afweging uit het geldend beleidsstuk hieromtrent, of de boom zich in een zodanige staat bevindt, dat de veiligheid van gebruikers van het omliggende terrein in gevaar wordt gebracht.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken gelden de volgende regels:
Indien afstanden tot, goot- en bouwhoogten, oppervlakte en inhoud van bestaande bouwwerken die gebouwd zijn met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet dan wel de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan meer bedragen dan ingevolge hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen deze maten en hoeveelheden als maximaal toelaatbaar worden aangehouden.
In die gevallen dat afstanden tot, goot- en bouwhoogten, oppervlakte en inhoud van bestaande bouwwerken, die gebouwd zijn met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet dan wel de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan minder bedragen dan ingevolge hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen deze maten en hoeveelheden als minimaal toelaatbaar worden aangehouden.
Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een nieuw gebouw, de uitbreiding van een bestaand gebouw of de verbouw van een bestaand gebouw, wordt uitsluitend verleend indien op eigen terrein voldoende parkeergelegenheid wordt gerealiseerd.
Voldoende parkeergelegenheid betekent dat wordt voldaan aan de normen die zijn neergelegd in 'Bijlage 2 Parkeernormen Venray' die als bijlage bij de “beleidsnota parkeernormen Gemeente Venray” hoort.
Indien deze nota niet toereikend is wordt getoetst aan de CROW-publicatie 317 'kencijfers parkeren en verkeersgeneratie'.
Indien de beleidsregels gedurende de planperiode worden gewijzigd, wordt rekening gehouden met de wijziging.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 16.3.1indien:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning nadere eisen stellen ten aanzien van de maatvoering van de parkeervoorzieningen conform de 'Beleidsnota Parkeernormen' als bedoeld in artikel, 16.3.1 indien dit, gelet op de feitelijke omstandigheden, noodzakelijk is.
Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een nieuw gebouw, de uitbreiding van een bestaand gebouw of de verbouw van een bestaand gebouw, wordt uitsluitend verleend indien voor de aanwezige functie op eigen terrein wordt voorzien in infiltratie van hemelwater.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 16.4.1 voor zover op andere wijze in de benodigde infiltratievoorziening wordt voorzien.
Onverlet het bepaalde in artikel 2.1, eerste lid, onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, is het (ook) verboden zonder omgevingsvergunning een project uit te voeren, voor zover dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit het laten gebruiken danwel het doen laten gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan.
Binnen de bestemming 'Bos', de bestemming 'Gemengd - 1' en de bestemming 'Gemengd - 2' zijn evenementen toegestaan onder de voorwaarden dat:
De gronden ter plaatse van de aanduiding ‘overige zone - groene structuurdrager’ zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, het herstel en/of de ontwikkeling van de aanwezige groene structuurdrager.
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - groene structuurdrager' zijn geen gebouwen toegestaan, met uitzondering van bestaande bebouwing.
In aanvulling op het bepaalde in artikel 4, artikel 5 en de artikelen 8 tot en met 10 gelden de volgende regels:
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - maximaal toegestane oppervlakten en aantallen' zijn in aanvulling op het bepaalde in artikel 4.5.1 en artikel 5.4.1 in totaliteit (gezamenlijk) binnen de bestemming 'Gemengd - 1' en de bestemming 'Gemengd - 2' de volgende maximale oppervlakten en aantallen toegestaan:
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone – radarverstoringsgebied' zijn de gronden mede bestemd voor de beveiliging van het nationale luchtruim en voor de veilige afhandeling van het militaire en het civiele luchtverkeer.
Op de voor 'vrijwaringszone - radarverstoringsgebied' aangewezen gronden mag, ongeacht het bepaalde elders in deze regels, de hoogte van 65 meter boven NAP niet door bebouwing worden overschreden.
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 18.4.2 onder voorwaarde dat de radar niet in onaanvaardbare mate negatief wordt beïnvloed.
Hierover wordt vooraf schriftelijk advies ingewonnen bij de beheerder van de radar.
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding – rijksmonument' zijn de bouwwerken wettelijk beschermd op grond van de Erfgoedwet.
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding – gemeentelijk monument' zijn de bouwwerken wettelijk beschermd op grond van de gemeentelijke Erfgoedverordening.
18.5.3.1 Cultuurhistorie - Monumenten
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - cultuurhistorie' geldt voor het bestaande hoofdgebouw met bijbehorende bouwwerken voor zover deze bijdragen aan de karakteristiek van het hoofdgebouw in samenhang met de ruimtelijke spreiding van deze gebouwen in het historisch gebied St. Annapark, in aanvulling op de andere daar voorkomende bestemming(en), voor het bouwen de volgende bepalingen:
18.5.3.2. Afwijken van bouwregels
18.5.3.3 Omgevingsvergunning voor het slopen
Voor het in zijn geheel slopen van een karakteristiek hoofdgebouw en bijbehorende bijgebouwen voor zover deze bijdragen aan de karakteristiek van deze gebouwen in het historisch gebied St. Annapark , ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding – cultuurhistorie' is een omgevingsvergunning vereist.
18.5.3.4 Voorwaarden vergunningverlening
Een omgevingsvergunning als bedoeld in 18.5.3.3 wordt verleend, indien:
18.5.3.5 Advies
Alvorens een omgevingsvergunning als bedoeld in 18.5.3.4 te verlenen, winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in omtrent de gevolgen van de voorgenomen sloop bij de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit (ARK) en wordt eventueel tevens aanvullend schriftelijk advies ingewonnen bij een onafhankelijke restauratiedeskundige op het terrein van monumenten/ cultuurhistorie.
18.5.3.6 Uitzonderingen vergunningplicht
Het bepaalde in 18.5.3.3 is niet van toepassing voor zover het sloop betreft:
18.5.3.7 Toetsing door bevoegd gezag
Het bevoegd gezag toetst of een uitzondering als bedoeld in artikel 18.5.3.6. aan de orde is.
18.5.3.8 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen op basis van een schriftelijk advies van de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit (ARK) de bouwaanduiding 'specifieke bouwaanduiding - cultuurhistorie', verwijderen als voldoende duidelijk is dat een hoofdgebouw met bijbehorende bouwwerken niet of niet meer als karakteristiek gebouw kan worden aangemerkt in het historisch gebied St. Annapark .
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van de in deze regels voorgeschreven minimale en/of maximale maten (hoogte, oppervlakte, inhoud etc.) en percentages tot maximaal 10% en maximaal 1 meter van die maten en percentages indien de belangen van derden niet onevenredig worden geschaad, met dien verstande dat dit niet geldt wanneer reeds op grond van deze regels een andere omgevingsvergunning/ontheffing is of kan worden verleend.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het uitbreiden van het bouwvlak, binnen de bestemming, tot maximaal 10%, met dien verstande dat:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van de aangeduide bouwgrenzen indien een meetverschil of onnauwkeurigheid op de kaart ten opzichte van de feitelijke situatie daartoe aanleiding geeft, mits de afwijking maximaal 3,00 meter bedraagt.
Het bevoegd gezag kan, met inachtneming van het bepaalde in de dubbelbestemmingen en (gebieds)aanduidingen, een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van de bouw- en/of gebruiksregels voor het bouwen van kleine, niet voor bewoning bestemde bouwwerken van openbaar nut en voor religieuze doeleinden, zoals transformatorhuisjes, schakelhuisjes, pinautomaten, afval- en glascontainers, kapellen, wegkruisen en dergelijke, met dien verstande dat:
Het bevoegd gezag kan het bestemmingsplan wijzigen ten behoeve van het in geringe mate, tot maximaal 2,00 meter, verschuiven van de bestemmingsgrenzen, mits dit noodzakelijk is, in verband met afwijkingen of onnauwkeurigheden op de verbeelding ten opzichte van de feitelijke situatie, voor zover daarmee wordt beoogd een zo goed mogelijke overeenstemming tussen het plan en de werkelijke toestand te bereiken.
Bij het stellen van nadere eisen, worden in ieder geval de volgende procedureregels in acht genomen:
Indien en voor zover in deze regels wordt verwezen naar andere wettelijke regelingen, dienen deze regelingen te worden gelezen, zoals deze luidden op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan.
In het geval van strijdigheid van belangen tussen een bestemming en een dubbelbestemming, gaat het belang van de dubbelbestemming voor.
Ten aanzien van de onderlinge relatie tussen de dubbelbestemmingen geldt dat dubbelbestemmingen gericht op het instandhouden of ontwikkelen van het groene karakter en het voorkomen van bebouwing voorgaan boven dubbelbestemmingen met bebouwing. In concreto wordt in afnemende mate prioriteit verleend aan de dubbelbestemming:
Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:
Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:
Deze regels worden aangehaald als: 'Regels van het bestemmingsplan St. Annapark'.